Franse Passie in Utrecht Utrecht – Afgelopen zondag bezochten Corien & ik samen met Nellie & Pieter Jan de tentoonstelling Franse Passie in het Centraal Museum in Utrecht. Op de tentoonstelling zagen we topstukken van negentiende-eeuwse Franse kunstenaars als Cézanne, Courbet, Daubigny en Monet. Hart van de tentoonstelling is de privé-collectie van de Utrechtse broer en zus Lambertus en Josephina Van Baaren, maar er is ook werk uit de collectie van tal van andere Nederlandse particulieren te zien. Het blijkt op de tentoonstelling dat de Nederlandse verzamelaars vooral geïnteresseerd waren in landschappen, zeegezichten en stillevens. Toen in de zeventiende eeuw kerk en adel als opdrachtgever plaats maakten voor de gegoede burgerij ontstond een voorkeur voor naturalistische voorstellingen met alledaagse onderwerpen. Ook dat is op de tentoonstelling duidelijk te zien. Voor het impressionisme hadden Nederlandse verzamelaars kennelijk weinig interesse. Toch is Monet nog aardig vertegenwoordigd. Zoals bijvoorbeeld met Het papaverveld of De netten van Pourville. Een werk waarbij ik lang heb stil gestaan is Salon d’attente d’un dentise ( de wachtkamer van de tandarts) van Jean François Raffaëlli. Hij is wat men een kleine meester noemt. Raffaëlli heeft een reeks van dit soort kleine genreschilderijtjes gemaakt. Dit werk maakt deel uit van de collectie Van Baaren. Je ziet drie ‘slachtoffers’ van kiespijn wachten in een keurige kamer met schilderijen aan de muur. Het zijn patiënten uit de Franse bourgeoisie. Hun gezichtsuitdrukking doet ondanks de pijn toch iet wat komisch aan. Juist uit de karikaturale koppen en houdingen blijkt voor mij het talent van Raffaëlli om dit soort tafereeltjes weer te geven. Het kleine schilderijtje op paneel was voor mij het pareltje van de tentoonstelling. Zo hadden we alle vier een verschillende favoriet op deze kleine tentoonstelling. Na afloop van ons bezoek aan het Centraal Museum gingen we gezellig op de borrel bij Floris en Annemarie. Ook tijdens dit bezoek deden we nog even aan cultuur. Tijdens een rondgang door het huis toonden zij ons aan het eind van de tuin de woning die hun beroemde plaatsgenoot Gerrit Rietveld ontwierp voor de privé-chauffeur van een arts. Rietveld paste hier voor het eerst in ons land prefab beton toe. Ook het huis waarin Floris woont is door de Utrechts architect en meubelontwerper gerestaureerd.