Eurodiffusie gemetenDelft - Op 1 januari 2002 vervingen twaalf Europese landen hun nationale munteenheden door de euro. Inmiddels zijn er een aantal landen bij gekomen en zijn er nu 18 landen waar de euro als munteenheid geldt. De euromunten zijn niet identiek. Één kant van elke van de acht denominaties (2 en 1 euro, 50, 20, 10, 5, 2 en 1 eurocent) verschilt van land tot land. Voor de komst van de euro waren de munten van de landen strikt gescheiden. Nu reizen de munten met de mensen mee. Het verspreiden van de nationale euromunten over de verschillende Europese landen geeft dus tevens informatie over de ‘diffusie’ van mensen. Er zijn door muntdeskundigen en wiskundigen diverse onderzoeken naar gedaan. Onlangs moest Corien om haar moverende redenen 50 muntjes van 50 cent hebben. Corien & ik hebben daarom onze portemonnees op tafel omgedraaid. Ik vond dat een uniek moment om proefondervindelijk de diffusie van onze euromunten vast te stellen. Het is natuurlijk maar een steekproef. Eigenlijk zou je een jaarlang elke week je muntjes moeten inventariseren om de proef wetenschappelijk iets meer grond te geven. De steekproef
Hieruit trek ik de voorzichtige conclusie dat 80 procent van de muntjes in onze portemonnee niet uit Nederland komt. Bij een recente meting van de site eurodiffusie.nl trof men een hoger percentage Nederlandse euromunten aan. Kijk eens in jouw portemonnee. Tot welk percentage kom jij? |
Room with a view in New York
4 maanden geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten