donderdag 28 januari 2010

Voor paal

Delft – Afgelopen zondag zag ik dat op het Agathaplein de lantaarnpalen waren gesneuveld. Ze waren een kopje kleiner gemaakt en de kopjes prijkten nu op hoge metalen masten. De gesneuvelde palen lagen treurig op vervoer vanaf het slagveld te wachten. Voorbijgangers reageerden boos op het tafereel.
“Het is een schande”, riep een blonde middelbare mevrouw.
“Ik ga de krant bellen”, dreigde een ander.
Een wat krom gegroeide oudere heer met een wollen muts zag mij een foto nemen. “U vindt het zeker ook afgrijselijk. Een verminking van een historische plek in Delft?’ suggereerde hij. Hij keek vanonder zijn muts boos naar me.
Ik moest even over het antwoord nadenken.
“Ik denk dat Stip-wethouder Lian Merkx van cultuur hier verantwoordelijk voor is”, bedacht ik.
“Dan heeft dat mens geen verstand van cultuur”, briesten de mensen om mij heen nu bijna te gelijk.


Even geduld nog met je oordeel.

“De wethouder is onlangs met mensen van de Porceleyne Fles naar China geweest. We hebben daar de eerste prijs gewonnen op de Ceramic Fair in Jingdezhen. Daar heeft het denk ik mee te maken”, probeerde ik de sfeer wat vriendelijker te maken.
“Dat denk ik niet. Er is weinig blauw aan die lelijke ijzeren paal”, zei de eerste mevrouw nu.
“Er komt een uitwisseling van collecties en ideeën tussen Jingdezhen en Delft. Ik denk dat deze palen worden bekleed met Delfts blauw keramiek op een manier die mooi aansluit bij de ‘Gaudi-bank’ die nu al in het parkje bij het plein staat”, opperde ik.
“Zou u denken?” reageerde de oudere heer nu plots hoopvol.
“Laat onze jeugdige blonde wethouder maar schuiven. Die tovert straks een paar mooie Delfts blauwe palen te voorschijn. Wat ik je brom. En daarna komen er Delfts blauwe lantaarnpalen langs het hele nieuwe spoortraject en misschien ook elders in Delft”, ging ik opgetogen verder.
De mensen liepen nu weer verder. Ik had niet iedereen overtuigd. De oudere heer glimlachte, maar een oma achter een kinderwagen mompelde: “Ja ja. Delfts blauwe lantaarnpalen. Ik moet het nog zien”.

Geen opmerkingen: