Hofje van Almonde Delft – In het Hofje van Almonde is het altijd stil en rustig. Het ligt verscholen achter de huizen van het Bagijnhof. Je zult er nooit zomaar tegen aanlopen. Het moet gevonden worden. Het hofje is gesticht door de in 1607 overleden vrome begijn Magdalena van Almonde. Zij was de zuster van de Delftse burgemeester Abraham van Almonde. In haar testament stelde zij dat haar huis na haar dood ter beschikking moest komen aan maagden en dienstmaagden. Deze vrouwen moesten wel aan een paar voorwaarden voldoen. Ze moesten “klein van vermogen zijn, zich nederig gedragen en de huwelijkse staat niet begeren”. Bovendien moesten het vrouwen zijn “aan wie het moeilijk zou vallen huishuur te betalen”. Het huis Almonde houdt stand tot 1855. In dat jaar wordt het gesloopt en laat de toenmalige burgemeester Hendrik van Berckel op de vrijgekomen plek de huidige zeven huisjes bouwen.
Lodewijk van Berckel, gemachtigd door Graaf Emile d'Oultremont als Patron de la fundation, koopt in 1888 vier huisjes aan voor de Stichting d'Oultremont. De stichting is nog steeds eigenaar. In 1888 vervalt wel de uit drie katholieke notabelen bestaande raad van toezicht en worden de statuten herzien. In 1989 worden de huisjes gerenoveerd en krijgen een douche en een eigen toilet. Er komt ook een poortje zodat het hofje afgesloten kan worden. Nog steeds geldt de oude doelstelling van Magdalena van Almonde 'op te komen voor zwakkeren in onze samenleving'. De huisjes in de hofjes dienen nu als een beschermd wonenproject van de stichting Ipse.
In 2007 werd het 400-jarig bestaan gevierd. De Stichting D’Oultremont heeft bij die gelegenheid de gevelsteen geplaatst die herinnert aan de stichting door Magdalena van Almonde. Bovendien werden aan weerszijden van het toegangspoortje twee kleine gevelstenen geplaatst met de wapenschilden van Van der Goes en D’Oultremont. Twee namen die sterk zijn verbonden met de geschiedenis van het hofje. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten