vrijdag 15 juli 2005


Visserslatijn


Wouter laat zien hoe groot hij is.Helmond – Iedereen schept graag op. Alles moet groter, langer, dikker of tenminste beter zijn dan die van een ander. Afmeting vinden we kennelijk belangrijk. Wie heeft de grootste auto, de langste tuin of de dikste hamburger. Dat willen we weten. Toch is het moeilijk om alleen uit je geheugen de grootte van iets aan te duiden. Vissers spreken met bewondering over de grootte van hun vangst en geven dat aan met de ruimte tussen hun uitgespreide handen. Daarbij komt de lengte van de vis soms wel wat overdreven over. Visserslatijn noemen we dat. Ook over de lengte van andere zaken wordt niet altijd helemaal accuraat gerapporteerd. Heb je gezien hoe lang zijn neus is? Hij kan een sigaret roken onder de douche! Ik heb het nog iemand zien doen. Al deze verhalen over de grootte van iets hebben te maken met de perspectivische vertekening. Een gevangen vis aan de haak, lijkt groter dan het exemplaar op je bordje. Dat komt door het veranderde perspectief en natuurlijk het andere licht. Wouter toont dat hier duidelijk aan. Met zijn handen geeft hij de hoogte aan van het biertje dat hij later tijdens de barbecue zal nuttigen. Of duidt zijn aanwijzing op iets anders? En wie weet nu hoe hoog het vogelhuisje is? Net zo groot als een pilsje?

Geen opmerkingen: