Voor elk wat wils
Delft – Een keer per jaar verkeert het St. Agathaplein en een stukje van de Oude Delft in oosterse sferen. Dan hangt daar de geur van loempia’s, saté, sambal, koffie en thee tussen kleurrijke kramen met kunst- en nijverheidsproducten uit landen zoals Indonesië, Thailand, Nepal en tegenwoordig natuurlijk ook Suriname. Je kunt er dan over de hoofden lopen. Die jaarlijkse Oosterse Markt werd gisteren weer gehouden en mijn echtgenote en ik waren ondanks het wisselvallige weer present. Gaat het op dit jaarlijkse Indonesische feestje alleen om lekker eten en drinken? Nee, zeker niet. Er is op het podium op het Sint Agathaplein een cultureel programma met diverse optredens van Indonesische afkomst. Maar het eten en drinken vind ik wel belangrijk.Ook dit jaar vulde ik mijn voorraad sambals weer aan. Sambal gebruik ik niet alleen als bijgerecht om mijn eten een oppepper te geven. Het geheim van sommige van mijn gerechten schuilt in het feit dat ik sambal ook gebruik om te marineren en bij de bereiding. Maar dan heb ik wel de speciaal bereide sambals nodig die alleen op deze markt zijn te verkrijgen. Zo dat ‘keukengeheim’ ligt nu op straat.We brachten natuurlijk ook een bezoek aan Museum Nusantara dat natuurlijk tijdens de Oosterse Markt een grote trekpleister is. Er was gisteren een heus Indisch Theehuis in neergestreken waar we zelfgemaakte hapjes en zelfverbouwde thee van een klein bedrijf je in Indonesië konden drinken. Het was jammer dat we geen kleindochters bij ons hadden, want kinderen konden zich laten schminken tot Javaanse prins of prinses. En als ze daar geen zin in hadden, konden ze hun eigen Wayangpop maken. Het is echt voor elk wat wils op zo’n Oosterse Markt.
Tweet
Geen opmerkingen:
Een reactie posten