Opzettelijk en wederrechtelijkDelft – Misdaden worden begaan door misdadigers. Zo simpel is het. We kennen in het Nederlandse strafrecht misdrijven en overtredingen. De eerste categorie wordt zwaarder bestraft dan de tweede. In het tweede boek van ons Wetboek van Strafrecht vinden we de meeste misdrijven terug. Er zijn ook andere wetten (bijvoorbeeld Wet Economische delicten en de Wegenverkeerswet) waarin misdrijven staan. Het opzettelijk en wederrechtelijk vernielen van andermans spullen is een van de misdrijven uit het Wetboek van Strafrecht. Het kan worden bestraft met een gevangenisstraf van maximaal twee jaar of een geldboete. Geen kattenpis dus. In het dagelijks leven noemen we het vandalisme. Het dankt die naam aan de Vandalen, een volk dat ondermeer Rome aanviel en grote verwoestingen aanrichtte. De vandalen die andermans eigendommen bekladden weten dat het niet zomaar een kwajongensstreek is, maar een serieus delict. Dat bewijst deze kladderaar. Hij schrijft op een tunnelwand in Delft dat het “misdaad op de muren” is. Mocht de politie deze dader oppakken dan is aan een belangrijke voorwaarde uit het strafrecht al voldaan. De man of vrouw toont op deze wijze zelf aan dat hij of zij wist dat het opzettelijk en wederrechtelijk is gebeurd. Veel mensen spreken graffiti abusievelijk uit als gravity. Daar is echter alleen de wet van de zwaartekracht op van toepassing. Op graffiti is ons Wetboek van Strafrecht van toepassing. |
Room with a view in New York
6 maanden geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten