zondag 7 januari 2007

Staat ie of staat ie niet?


Winston Churchill met zijn hoed.Delft – “Weet u dat u steeds meer op uw broer Martien gaat lijken?”, vroeg Jolijn me onlangs. Ik weet het en beaamde het dan ook.
“Wanneer gaat u dan ook net zo’n hoed dragen”, vroeg ze daarna plagend met een grote glimlach. Ik vertelde haar dat die kans gering is. Hoewel ik zeer op mijn broer lijk, vind ik dat hoeden of petten mij niet staan. Ik ben er wel eens een hoedenzaak binnengelopen, maar kwam steeds weer blootshoofds naar buiten. Een hoed is niets voor mij.
Ooit was de hoed voor een heer een onmisbaar kledingstuk. Een heer ging niet zonder zijn hoed en een jongeman niet zonder zijn pet de straat op. Dat hoorde niet. In het huidige straatbeeld zijn de hoeden echter schaars. Met een hoed val je op. Het is ook grappig om te merken dat hoedendragers erover worden aangesproken en zich dan ook min of meer excuseren. “Ik doe het alleen voor de warmte”, hoorde ik wel eens. Ongetwijfeld waar, maar je mag er best aantoevoegen “en ik vind het ook mooi”. Dat is het namelijk wel. Een hoed heeft stijl. In tegenstelling tot de steeds populairder wordende baseballpet. Een hoed voegt iets toe aan je imago. Het geeft je een eigen stijl. De opmerking van Jolijn bewijst dat eigenlijk alleen maar.

Ik ben er niet van overtuigd dat het de echte hoed van Churchill is. Hetis waarschijn net zo’n hoed. Anders liet de familie van Winston Churchill het toch niet op een tafeltje liggen.

Een andere bekende hoedendrager was de Engels oorlogspremier Winston Churchill. Toen Corien & ik onlangs in zijn geboortehuis Blenheim Palace waren, zag ik de beroemde hoed op een tafeltje liggen.
”Zal ik eens kijken of deze hoed mij staat”, vroeg ik mijn echtgenote.
“Ik weet niet of het de bedoeling is dat bezoekers hier de kledingstukken passen”, antwoordde Corien.
“De familie Churchill doet niet zo moeilijk, anders laten ze die hoed hier niet slingeren”, riposteerde ik. Ik zette de hoed op en zocht naar een spiegel. In het kamer waar Corien & ik stonden, vond ik die zo gauw niet en omdat ik toch het resultaat wilde zien, vroeg ik haar om de hoed samen met mij voor het nageslacht te vereeuwigen. Nu ik het resultaat er van zie, kan ik Jolijn met nog meer zelfvertrouwen meedelen dat ik geen hoed zal aanschaffen. Of staat hij nu wel?

1 opmerking:

carina zei

haha! ja zo lijkt je inderdaad nog meer op mn vader!