zaterdag 22 juli 2006

Our Distillery Tour starts


Edinburgh – Onze whiskyreis begon zaterdag met een klassieker. In het plaatsje Pencaitland, in de schilderachtige ‘Tuin van Schotland’ vlak bij de hoofdstad Edinburgh, bevindt zich de prachtige Victoriaanse distilleerderij van Glenkinchie. De Glenkinchie distilleerderij is opgericht in 1837 en in 1890 verbouwd. Het is een van de weinige nog overgebleven Lowland malts. Het wordt the Edinburgh malt genoemd, legde onze gids Pete aan Ad en mij uit.

Ad in de prachtige Victoriaanse distilleerderij van Glenkinchie.

Op weg naar Pencaitland zagen we al dat het gebied rijk is aan vruchtbare grond waar de gerst alle ruimte heeft om welig te groeien. Het water voor de whisky komt uit een eigen bron. We waren de eerste gasten van deze zaterdagmorgen en werden in het bezoekerscentrum door Pete en Anne welkom geheten. Anne vertelde dat ze elk jaar naar Nederland komt om daar met de Glenkinchie deel te nemen aan de jaarlijkse whiskyproeverij in de Sint Pieterkerk.

Frans proeft Glenkinchie Single Malt.

Na een bezoek aan het museum bij de distilleerderij, werden we door Pete samen met nog enkele gasten rondgeleid door de distilleerderij zelf. Na dit bezoek was het tijd om zelf te gaan proeven. In het speciale proeflokaal proefden we niet alleen de tien jaar oude Glenkinchie, maar ook Dalwhinnie, Cragganmore, Oban, Talisker en Lagavulin (de andere whisky’s van de beroemde Classic Malt Serie uit 1988). Glenkinchie Single Malt heeft een licht gouden kleur. De geur vond ik een beetje zoet en wat peaty (turfrook). We vonden hem droog en licht van smaak met zoete fruittonen. Een heerlijke malt om onze trip door whiskyland mee te beginnen.

Geen opmerkingen: