zondag 30 december 2007

British Vision in Gent


Gent – Afgelopen vrijdag bezochten Corien & ik het Museum voor Schone Kunsten in Gent om de prestigieuze expositie over Britse kunst te zien. De titel van de tentoonstelling 'British Vision' klinkt nogal neutraal, maar dekt de lading uitstekend. In veertien zalen geven ruim 300 kunstwerken een overzicht van de kunstproductie tussen 1750 en 1950. Vrijwel alle grote namen uit de Britse kunst van de 18e, 19e en 20e eeuw zijn vertegenwoordigd: Van William Hogarts, George Stubbs en William Blake tot Turner, Dante Gabriel Rossetti en Francis Bacon. Dat alleen al maakt de reis naar België meer dan de moeite waard. De werken tonen op een overtuigende manier en in een schitterende opstelling hoe British Brits wel kan zijn. Op een van de wanden in de eerste zaal van de tentoonstelling citeert de samensteller van de expositie een uitspraak van de Italiaanse kunstenaar Luciano Fabro: “Nationaliteit is een adres, geen bewustzijn. Op dat adres gebeuren dingen”.

Het Museum voor Schone Kunsten on Gent.

Het adres is dit keer Groot-Brittannië. We zien op de tentoonstelling dat de Britse kunsttraditie getuigt van een ongelooflijk sterk observatievermogen, zoals bij Constable. Tegelijk wordt ook de verbeelding en de neiging tot het visionaire, zoals bij Williams Blake, getoond. Werkelijkheidszin en fantasie wisselen er elkaar af. Tussendoor is daar de onmiskenbare Britse humor zoals de ironie van Stanley Spencer en de absurde humor van David Hockney. Ik heb nog nooit, ook in niet het Verenigd Koninkrijk, zoveel Britse topstukken uit deze periode op één expositie bij elkaar gezien. Het museum presenteert niet alleen schilders en aquarellisten als Turner, Constable en Burne-Jones, maar ook satirische tekenaars als Hogarth en Rowlandson, fotografen als Talbot en Fenton en moderne meesters als Bacon, Freud en Spencer.

 Dat de Britten uitmunten in landschapsschilderkunst blijkt ook uit de werken van minder bekende kunstenaars. Corien kijkt hier naar een bergpanorama van de 18de-eeuwse kunstenaar Richard Wilson.

Eigenlijk kan ik zo’n enorme hoeveelheid kunst niet aan in één bezoek. Dat is mijn enige, zij het milde, punt van kritiek. Hoe uniek ook, het is te veel. Onlangs nog bezocht ik het museum in Birmingham om de prerafaëlieten te zien. Hier hingen er meer. Ik weet niet goed hoe je het visionaire in de Britse kunst moet omschrijven. William Blake begon met uiterst individuele en excentrieke voorstellingen. De prerafaëlieten volgden met literaire en moraliserende thema's. Die neiging tot het symbolische verdween eigenlijk nooit uit de Britse kunst. Corien & ik zien hoe bij de moderne schilder Francis Bacon de nadruk op de inhoud en op de expressieve vorm ligt als hij zijn angsten schildert in beknellende voorstellingen van pausen en kardinalen.

Corien bekijkt het originele handgeschreven en geïllustreerde exemplaar van Lewis Carrolls 'Alice's Adventures Under Ground'.

Dan staan we in een zaal tien plots oog in oog met het originele handgeschreven en geïllustreerde exemplaar van Lewis Carrolls 'Alice's Adventures Under Ground'. (Later uitgegeven als Alice in Wonderland) Een absoluut meesterwerk van de Britse visionaire literatuur en plastische kunst. Ik vind het manuscript sterk verwant met de prerafaëlitische kunst.
De laatste ‘zaal’ die we in het museum bezoeken is het kleine restaurant. Na al die observatie van de maatschappij in verandering, bereiden we ons daar voor op realiteit van Gent. Ga naar het museum in Gent als je in de buurt bent. Het kan nog tot 13 januari volgend jaar.

Geen opmerkingen: