vrijdag 2 november 2001

De seizoenen

Als je jong bent valt de lente eeuwig samen met de lente
Er hangt bloesem aan de bomen en een vogel zingt een lied
En je jeugd bestaat uit zee en zand en zonnige momenten
Maar de seizoenen komen terug
De jaren niet

Als de zomer aanbreekt, wil je niet verdwalen in het koren
Je agenda heeft geen ruimte voor plezier en voor verdriet
En je zegt: Ik heb geen tijd, ik heb al zoveel tijd verloren
Maar de seizoenen komen terug
De jaren niet

Pas in de herfst is voor het eerst
Het besef niet te ontlopen
Je ogen vallen open
Je hebt je tijd verdaan
Je halve leven werd beheerst
Door zenuwen en zorgen
De blinde hang naar morgen
De race om het bestaan
Je armen worden krakerige takken
En als je het geluk probeert te pakken
Is het nep of surrogaat
Je bent te laat

In de winter ben je vrij om al je dagen te verdromen
Maar je tijd is om, het zand is leeg, het regent dat het giet
Je verlangt met hart en ziel naar nieuwe bloesem aan de bomen
Maar de seizoenen komen terug
De jaren niet
Er zal bloesem komen die je niet meer ziet.



Ivo de Wijs.

De Wijs staat bekend als een onverbeterlijke optimist. Dit gedicht verscheen voor het eerst in de bloemlezing “We gaan gelukkig dood. 75 liedjes over de dood, ter troost en verstrooing”.

Geen opmerkingen: