woensdag 3 november 2010

Pasta voor de herfst

Delft – Het is nu kastanjetijd. Bij mijn groenteboer en in de supermarkt zie ik nu volop mooie grote tamme kastanjes liggen. En niet alleen daar. Op het plein bij het Prinsenhof liggen ze ook volop onder de majestueuze bomen. Daar zijn ze nog wel verpakt in een stekelige bolster. In Rome kon je op menig straathoek een puntzakje met gepofte kastanjes kopen. Dat kan overigens niet alleen daar. Ook in Parijs en Londen staan de mannetjes op straat kastanjes te poffen. Er is geen betere manier om het gure herfstweer te weerstaan. Dat poffen kun je natuurlijk ook thuis doen. Ik heb geen open haard, maar in de oven kan het ook prima. Op een bakblik op 180 °C laat je de kastanjes gaar worden. Voorzichtig het schilletje van de nog warme kastanjes halen en serveren met boter. En dan maar smullen. In Italië heb ik op nog een andere manier kastanjes gegeten. Kastanjes waren ooit volksvoedsel in Italië. De kastanjes werden gedroogd en konden zo de hele winter bewaard worden. Later werden ze gekookt en in allerhande gerechten verwerkt. Maar de meeste kastanjes werden vermalen. Het kastanjemeel werd daarna gebruikt om pasta, polenta, gnocchi en zelfs brood van te maken. Ik vond de van kastanjemeel gemaakte pasta erg lekker en heb natuurlijk een pak mee naar Delft genomen. Je kunt het in Nederland namelijk niet kopen. Zelfs mijn toch voortreffelijke lokale Italiaanse delicatesse winkel Il Tartufo aan de Voorstraat verkoopt het niet. Dat komt omdat deze pasta niet zo lang goed blijft als de van tarwe of andere harde granen gemaakte pasta. En dat is maar goed ook. Dan blijft er altijd nog een reden over om op reis te gaan.

Geen opmerkingen: