woensdag 25 juni 2008

Op weg naar de slager


Den Haag – Het Noordeinde in Den Haag is een van onze favoriete winkelstraten. Er zijn kunst- en antiekzaken, boutiques, schoenenzaken, juweliers en restaurants. De beroemdste winkel is slagerij Dungelmann, die al sinds 1861 op nummer 34 zit. Wij halen daar de vleeswaren. Op vrijdagmiddag worden Corien & ik op weg naar de slager aangesproken door een middelbare man met een arm vol rode rozen.
“Wilt u me even helpen”, vraagt hij op vriendelijke toon. Terwijl hij het zegt, duwt hij ons allebei een rode roos in de hand.
“Mijn vrouw wordt vandaag vijftig jaar. Ik wil haar graag vijftig rode rozen laten aanbieden door vijftig mensen”, gaat hij verder.
We knikken allebei, enigszins overdonderd en kijken naar de rode roos in onze hand.
“We kennen uw vrouw helemaal niet”, werpen we bijna gelijktijdig op.
‘Dat geeft niet”, gaat de man vrolijk verder, “U kunt haar niet missen. Ze werkt in die winkel.” Hij wijst naar de zaak van Prénatal. Met de rode roos in de hand stappen we de babywinkel even verder binnen. Midden in de zaak staat een mevrouw. Ze krijgt van een aanhoudende stroom mensen een roos in de hand geduwd. Een jonge vrouw maakt foto’s van de overhandigingen.

Een aanhoudende stroom mensen duwt Sarah een roos in de hand.

Ik zie een kleine traan heel langzaam over de wang van de jarige naar beneden glijden.
“Van harte gefeliciteerd”, zeggen we samen, “van je man!”
De traan heeft haar kin bereikt. Met de rug van haar hand veegt de jarige de traan weg. De rozen in haar hand wuiven door de beweging zacht heen en weer.
“Bedankt”, zegt ze met een lichte snik. Met een brede glimlach vervolgen wij even later tevreden onze weg naar Dungelmann. Alsof we het zelf bedacht hadden.

Geen opmerkingen: